Interview: Innovatie overkómt je, maar je moet het wel herkennen . . .

Innovatie heeft met van alles te maken, zegt Hans Timmerman, CTO bij Dell EMC Nederland en tevens bestuurslid van de Stichting Toekomstbeeld der Techniek. Belangrijk voor het ontstaan van innovatie zijn zaken als nieuwsgierigheid, inzicht, creativiteit en het over de grenzen van je eigen vakgebied heen willen kijken. Het allerbelangrijkste is echter dat je inziet dat je innovatie niet gericht kunt sturen. Het is meer iets wat je overkómt, stelde hij jaren geleden zelf al vast.

Als er iemand is die weet wat innovatie is, dan is het wel Hans Timmerman. Na zijn studie elektrotechniek aan de TU Delft bouwde hij eerst mee aan trams en treinen. Vervolgens werd hij projectleider van toekomstverkennende studies bij de Stichting Toekomstbeeld der Techniek (STT).  Uiteindelijk, na nog zo’n tien jaar in de vliegtuigindustrie (Fokker) te hebben doorgebracht, streek hij begin deze eeuw neer in de IT-wereld. Daar vervult hij nu de rol van Field CTO bij Dell EMC.

Kruisbestuiving

Een van de belangrijkste voorwaarden voor innovatie, zegt Timmerman, is nieuwsgierigheid. Want nieuwsgierigheid drijft je tot kennisacquisitie, die kennisacquisitie geeft je munitie om nieuwe combinaties te maken en met het maken van nieuwe combinaties realiseer je innovatie. Dat geldt voor het individu, maar dat geldt ook op bedrijfsniveau.

Er wordt voorlopig niet meer zoiets als een nieuwe iPhone of iPad uitgevonden, voorziet hij. Dat soort technologie is er nu, en die is in de basis voor iedereen hetzelfde. Nu moet er vooral kruisbestuiving plaatsvinden tussen de verschillende toepassingsgebieden. Je kunt met andere woorden heel veel leren door in een andere branche te gaan kijken hoe dezelfde techniek als die jij gebruikt, op een heel andere manier wordt toegepast. Die kruisbestuiving is volgens Timmerman een van de belangrijkste bronnen van innovatie. “Als je in je eigen kokertje blijft zitten, zal je nooit innoveren. Dus moet je zorgen dat je over de grenzen van je eigen vakgebied heen leert kijken.”

Het overkómt je

Toch zijn aspecten als nieuwsgierigheid, kennisacquisitie en kruisbestuiving op zich niet voldoende voor het ontstaan van innovatie, zoals Timmerman al vroeg in zijn carrière ontdekte. In dienst bij de Stichting Toekomstbeeld der Techniek deed hij onderzoek naar kennismanagement en innovatie, waarvan de bevindingen zijn terug te vinden in de STT-uitgave ‘Bedrijf, Kennis en Innovatie’. “Dat was in 1985, maar de ervaring die ik daarin heb neergelegd, geldt eigenlijk nog steeds”, blikt hij terug. “Mijn belangrijkste conclusie was: innovatie overkómt je. De totstandkoming ervan kun je niet gericht sturen. Je kunt niet zeggen: ik ga morgen innoveren. Wat je wél kunt doen, is allerlei dingen in je bedrijf zó organiseren, dat de kans op innovatie zo groot mogelijk wordt.”

Communicatie

Een van de instrumenten voor het inrichten van een innovatieve omgeving is communicatie. Contactmomenten zijn heel belangrijk voor innovatie, zegt Timmerman. En dan doelt hij met name op de niet geplande, toevallige ontmoetingen die vaak tot stand komen in het voorbijgaan, of in de rij bij de koffieautomaat. “Dat zijn dé momenten waarop informeel informatie wordt uitgewisseld, in van die gesprekken als: goh, vorige week toch zóiets interessants gezien… jij kent vast iemand die daar wat mee kan. Daarmee wissel je in feite al dingen uit die de kans op innovatie vergroten. En door een aantal slimme ingrepen in de fysieke inrichting van je bedrijf kun je dat soort toevallige communicatie in zekere zin ook zelf organiseren.” Als voorbeeld schetst hij hoe Steve Jobs het hoofdkantoor van Apple liet inrichten. “Dat is zo gebouwd dat als je naar het toilet of het restaurant wilt, je daar alleen kan komen via een vooraf zorgvuldig geplande route, specifiek zó ingericht dat je op weg ernaartoe zoveel mogelijk mensen tegenkomt.”

Gatekeepers

Timmerman haalt in deze context een onderzoek aan van het befaamde MIT (Massachusetts Institute of Technology). Voortbordurend op het idee dat innovatie afhangt van toevallige contactmomenten, deed men onderzoek naar wie nu precies praat met wie in een bedrijf. “Daarbij zagen de onderzoekers op een bepaald moment knooppunten ontstaan, belichaamd door personen waar mensen relatief vaak mee spraken. Je eerste gedachte is: dat zijn de bazen. Maar dat bleken ‘gewone’ medewerkers te zijn. En het tweede interessante punt was dat veel van die knooppunten onderling ook weer veel contact met elkáár onderhielden.”

MIT noemde dat soort mensen ‘gatekeepers’. Dat zijn mensen die je niet in die rol rekruteert, maar die zich in de loop der tijd binnen je bedrijf als zodanig ontpoppen. Dat soort mensen moet je koesteren en alle vrijheid geven in wat ze doen, zegt Timmerman, want het zijn de antennes en zenders van je bedrijf. “Die pikken heel veel informatie op, zowel van binnen als van buiten, en verplaatsen die gericht naar de plekken waarvan zij denken dat er interesse voor is. Je ziet ook vaak dat als dat soort mensen weggaat bij een bedrijf, de innovatie stagneert.”

Kondratjev

Timmerman wijst er ook op dat innovatie niet alleen bínnen organisaties plaatsvindt. Tijdens zijn toekomstverkennende studies bij STT kreeg hij oog voor de invloed van bepaalde ritmes in maatschappij en economie. Een in zijn ogen heel belangrijke, sterk met innovatie geassocieerde cyclus is de zogeheten Kondratjev-golf. Dat is een (circa) vijftigjarige cyclus in de economie, legt hij uit terwijl hij een sinusgolf tekent, waarin de economie afwisselend 25 jaar in de lift omhoog en 25 jaar in de lift omlaag zit. Kondratjev kreeg als een van de eersten oog voor dit terugkerende patroon. Zoekend naar een verklaring ontdekte hij dat in de periodes van economische opgang er sprake is van één of meer dominante technieken – zoals ooit de stoommachine en tegenwoordig de verregaande digitalisatie – waarvoor in de tijden van neergang de basis wordt gelegd, om er vervolgens voor te zorgen dat er weer een nieuwe periode van sterke economische ontwikkeling op gang komt.

Timmerman: “Dus we evolueren in cycli van vijftig jaar. Zo zie je een spiraalsgewijze ontwikkeling ontstaan, zoals iemand het eens heel mooi heeft beschreven. Onze welvaart, ons welzijn, ons maatschappelijk kapitaal, alles stijgt. Maar je gaat steeds door diezelfde cirkel heen. En elke vijftig jaar zit je weer op hetzelfde punt, maar wel een niveau hoger.” Uitgaande van de achter ons liggende periode van neergang, die zijn dieptepunt bereikte in 2015, voorziet Timmerman een toekomstscenario waarin we economisch gezien weer een periode van voorspoed meemaken tot circa 2040, gevolgd door een recessie in 2065. “Het is niet zo dat dat per definitie gaat gebeuren”, relativeert hij. “Maar het heeft zich al vier keer herhaald. Dus de kans dat het nog een keer gebeurt, is reëel.”

Herkennen!

Innovatie heeft kortom met van alles te maken, luidt de kern van Timmermans boodschap. Het heeft te maken met de tijdgeest waarin je je bevindt, je kunt ernaar op zoek door in andere branches je licht op te steken, je kunt je bedrijf er zo optimaal mogelijk op inrichten, et cetera. Maar gericht sturen gaat niet. Het ontstaat! “En áls dat dan gebeurt, dan moet je het nog herkennen”, merkt Timmerman afrondend op. “Zoals Alexander Fleming ooit de penicilline ontdekte aan de hand van een kweek die eigenlijk mislukt was, en die iedereen zou hebben weggegooid omdat er bacteriën in terecht waren gekomen. Fleming niet, die zei: hé, wat vreemd, er zijn twee plekjes waar geen bacteriën zitten, wat zou er aan de hand zijn… En zo ontdekte hij de penicilline. Dus je moet altijd zorgen dat je ook mensen aan boord hebt, die in staat zijn te herkennen wanneer er iets geks, iets afwijkends gebeurt.”

Privacy Preference Center