‘Gewaardeerde’ data op de balans
Op de balans van een onderneming staan alle bezittingen van een organisatie vermeld. Of zoals Wiki dit zegt: ‘een getrouw overzicht van bezittingen, schulden en eigen vermogen van een entiteit.’ De balans – het woord zegt het al – wordt in evenwicht gehouden door activa (goederen, gebouwen, tegoeden) en passiva (waarmee de activa gefinancierd zijn zoals eigen en vreemd vermogen). Het is belangrijk om de bezittingen aan de activa kant goed te kunnen waarderen. Immers, wat zou het in de situatie van verkoop waard zijn. Een bijzondere asset in de activa is ‘data’ geworden. Data die dan wel waarde bij verkoop zou moeten hebben, anders blijft het slechts een virtuele waarde. Want hoeveel waard is data over uw klanten? Of uw potentiële klanten? Of uw engineeringkennis. Of uw patenten? Daarom spreken we steeds vaker over gewaardeerde data die ‘ook’ comptabel is; in de zin van rekenplichtig en om rekening en verantwoording te kunnen doen. Je kunt een actueel bedrag in euro’s aan die data hangen.
Comptabele data
In een eerdere blog over comptabele data verwees ik naar het Franse woord ‘compter’ dat tellen betekent. Le comptabele is de boekhouder of de accountant en le compteur betekent uitbetaler maar ook teller en/of meter. Elke gasmeter moet geijkt zijn opdat wat de meter aangeeft, vertaald kan worden in geldelijke waarde. Een bedrag in geld dat gekoppeld is aan de hoeveelheid gas die is gemeten. Dat geldt voor elke goedgekeurde meter of het nu bij het tankstation is of de elektriciteitsmeter in de meterkast betreft. Het Nederlands Meetinstituut (NMi) is in ons land als instituut geaccrediteerd om meters te kalibreren en te certificeren. Zij houden toezicht op de controle van meetsystemen bij de overdracht van eigendom zoals benzinepompen, weegschalen of snelheidsmeters en ademtest-apparatuur van de politie.
De uitdaging van data is altijd hoe je die data op eenduidige wijze kunt waarderen en daarmee comptabel maakt. Want pas dan kan je die data als een activa op de balans zetten. Dat jouw data past in het internationale stelsel van eenheden (SI-stelsel) dat uniforme internationale standaardeenheden voor het meten heeft vastgesteld. Die standaard is op 11 oktober 1960 van kracht geworden en in ons land in 1978 verplicht gesteld. Dat wil zeggen dat data pas ‘comptabele waarde’ kan hebben als het kan worden uitgedrukt in dit stelsel van eenheden. Dan weet je zeker dat een kilogram een kilogram is en een euro een echte euro is.
Bankiers
Traditionele bankiers stellen dat bezittingen op een balans van een bedrijf garant staan om een geldlening te versterken van dezelfde waarde. Maar hoe moet je digitale bezittingen gaan waarderen. Kunnen we wellicht uit die digitale bezittingen de contant gemaakte toekomstige kaststromen berekenen? Op die wijze is een digitaal asset een waardering toe te kennen. In een artikel van Denis Doeland spreekt hij over digitaal vermogen en waarderen van digitale data. Hoe beter een bedrijf zijn data op een slimme manier kan benutten, hoe meer (toekomstige) waarde de organisatie met die data maakt. En dat kan tot een hogere omzet, een betere marge en een grotere winst leiden.
Hij benoemt digitaal vermogen als rechten en niet-fysieke middelen bestaande uit digitale verbindingen en contextuele data, dat een onderneming competitief voordeel in de markt geeft, welke een financiële waarde vertegenwoordigt doordat het huidige en toekomstige kasstromen optimaliseert en versnelt (2017, Doeland en van Berkel). Het is gebruikelijk dat op de balans de immateriële vaste activa als eerste worden genoemd, vòòr de materiele vaste activa en de financiële vaste activa (zie ook besluit modellen jaarrekening). Immateriële vaste activa is immers een vreemde balansrubriek, want dit vermogen is ‘niet tastbaar’. Dus je kunt er in principe alle kanten mee op. Als een balans begint met een zeer hoge waarde van immateriële waarden dan is elke belegger direct gewaarschuwd.
Immaterieel
Onder immateriële activa vallen alle intellectuele of commerciële rechten van een bedrijf zoals vergunningen, licenties, concessies, merken en octrooien. Ook het recht een product te verkopen, een merknaam te gebruiken of grondstoffen te ontginnen. De waarde van al deze bezittingen zijn vaak beperkt en je kunt ze niet zomaar doorverkopen. Bij de verkoop van een bedrijf is de waarde van het bedrijf – de boekwaarde – het verschil tussen haar bezittingen (activa) en schulden. Maar vaak is een bedrijf veel meer waard in de vorm van ‘goodwill’: zoals de clientèle, de reputatie, het imago, opleidingsniveau van personeel etc. Dit zijn zogenaamde ‘vluchtige’ activa, als een expert morgen vertrekt is zijn of haar waarde voor het bedrijf verdwenen.
Ook de waarde die een bedrijf op internet of bij sociale media heeft opgebouwd, is lastig te waarderen. De clicks, de chats, de likes, de positieve comments en de posts erover. Wat is de waarde van een internetverkoopkanaal en de verzamelde klanten en fans. Maar om de integriteit en betrouwbaarheid van genoemde data vast te stellen, moet de data niet alleen een duidelijk beschreven bezit zijn, maar moet ook duidelijk zijn hoe uit die databron (verder) kan worden aangeboord, ontgonnen en verfijnt. Validatie van elke dataset is een noodzaak. We zijn een periode ingegaan dat niet alleen ‘fysiek kapitaal’ maar kennis, inzichten en ideeën in toenemend mate de werkelijke waarde van een onderneming bepalen. De combinatie van kennis en content die uit beschikbare data kan worden gegenereerd.
Zonder data staat alles stil
Het is duidelijk dat data een plaats op de balans kan en moet krijgen. Immers, data en de kennis om uit die data waarde te genereren, wordt steeds waardevoller in onze digitale wereld. Immers data zijn grondstoffen voor enorm veel informatieprocessen. Je kunt voor de digitale wereld zonder meer stellen: ‘zonder data staat alles stil’. Net zoals in de fysieke wereld, bepalen in de informatiewereld de grondstoffen welk kwalitatief informatieproduct je daaruit kunt maken. Een eindproduct wordt nooit beter dan het ‘product’ van grondstof en productieproces.
Gekwalificeerde vertrekdata hoort bij hoogwaardige ketens en processen. Pas dan krijg je gegarandeerde kwalitatieve informatieproducten. Dat is de nieuwe digitale wereld waar procesgerichte kwaliteitsborging steeds belangrijker wordt. Voeg daarbij dan tenslotte de additionele domeinkennis van de gebruiker: of je nu auditor, controller of data-analist bent, je domeinkennis bepaalt of je met deze gekwalificeerde informatieproducten in dat proces waarde kunt toevoegen. Dataprocessen en analysetechnieken gaan onder het kopje kunstmatige intelligentie steeds meer (saaie en vervelende) taken van kenniswerkers overnemen. Maar niet de toepassing van het eindresultaat van die taken in hun domein. Dat geldt voor accountant, notaris, controller, auditor, rechter, advocaat en zelfs bankier. Immers de ‘wijsheid van de toepassing’ maakt het verschil hoe data en proces moeten worden ingezet om er werkelijk ‘waardeerbare toegevoegde waarde’ van te maken. En geautomatiseerde wijsheid is vooralsnog niet direct aan de horizon te zien.